Van der Lem wil talenten langer bij Ajax zien: 'Geef ze een contract voor zes jaar'

In dit artikel:

Gerard van der Lem stelt in de Ajax Life-podcast dat Ajax veel strenger moet omgaan met het langdurig vastleggen van talenten. Aanleiding is de recente transfer van Jorrel Hato (19) naar Chelsea; Van der Lem vindt dat de club meer had kunnen en moeten doen om hem te behouden.

Hij illustreert zijn punt met twee eerdere voorbeelden uit zijn eigen carrière: Nigel de Jong, wiens contract volgens Van der Lem opengebroken had moeten worden zodat Ajax hem kon houden in plaats van hem halverwege het seizoen te laten vertrekken, en Wesley Sneijder, die dankzij aandringen bij de staf wel naar het eerste elftal werd gehaald en daarna een verbeterd contract kreeg. Deze casussen benadrukken voor Van der Lem het belang van vertrouwen in eigen jeugd en het actief beschermen van clubbelang via contractbeleid.

Concreet pleit hij ervoor dat Ajax terugkeert naar het model van voornamelijk zelf opleiden en slechts incidenteel aankopen doet. Hij adviseert lange contracten: spelers vanaf achttien jaar bijvoorbeeld voor zes jaar vastleggen, zodat ze tot hun 24ste aan de club verbonden blijven en Ajax zowel sportief als financieel voordeel behoudt.

Terugblikkend op de gewonnen Champions League-finale van 1995 deelt Van der Lem een persoonlijk detail: de extreme uitputting na de wedstrijd, het moment alleen in de dug-out en even een sigaartje opsteken om bij te komen. Hij plaatst dat succes ook in historisch perspectief: kort daarna veranderde het Bosman-arrest het transferlandschap drastisch, waardoor veel Amsterdamse talenten zonder weerstand naar grote Europese clubs konden vertrekken en snel in luxe gingen leven — een scheidslijn met hun bescheiden achtergrond.

Samengevat pleit Van der Lem voor een strategische herwaardering van jeugdbeleid bij Ajax: vertrouwen, langdurige contracten en ruimte voor eigen talent moeten de basis blijven om structureel aan topniveau te blijven.