Ajax transfernieuws: dit zijn ETVs van Ajacieden die in etalage staan
In dit artikel:
Ajax ziet zich ook komende zomer genoodzaakt spelers te verkopen om nieuwe versterkingen te kunnen aantrekken. Volgens clubwatcher Johan Inan van het Algemeen Dagblad staan verschillende Ajacieden op de nominatie om te vertrekken, wat de Amsterdamse club een mogelijke transferopbrengst van bijna zeventig miljoen euro kan opleveren. De selectie wordt door Inan opgesplitst in drie groepen: sterkhouders, vertrekkers en twijfelgevallen.
De groep waar Ajax onomkeerbaar afscheid van wil nemen, bestaat onder meer uit Jakov Medic, Borna Sosa en Carlos Forbs, die volgend seizoen terugkeren van hun huurperiodes. De technische leiding onder John Heitinga ziet voor hen geen toekomst meer binnen de club. Vooral Carlos Forbs is met een marktwaarde van circa 13 miljoen euro de meest waardevolle speler in deze categorie. Samen met Medic en Sosa kan deze groep Ajax circa 20,8 miljoen euro opleveren.
Daarnaast is er een groep spelers die mogelijk vertrekt, waaronder Jorrel Hato, Josip Sutalo, Jordan Henderson, Kenneth Taylor en Brian Brobbey. Taylor en Hato lijken echter te willen blijven, waardoor Henderson en Brobbey eerder kunnen vertrekken. Henderson heeft vanwege een langlopend contract en zijn leeftijd een beperkte marktwaarde van ongeveer 2,5 miljoen euro, terwijl Brobbey, door zijn potentieel en contract tot 2027, een marktwaarde heeft van bijna 26 miljoen euro. Deze groep kan Ajax dus circa 28,4 miljoen euro opleveren.
Tot slot zijn er spelers waar Ajax nog twijfels over heeft en die mogelijk verhuurd of verkocht worden, zoals Kristian Hlynsson, Dies Janse, Ahmetcan Kaplan, Branco van den Boomen en Owen Wijndal. Hun gezamenlijke geschatte transferwaarde bedraagt ongeveer 17,3 miljoen euro. Kaplan is hierbij met 7,5 miljoen euro het meest waardevol.
Door deze geplande verkopen kan Ajax de broodnodige financiële ruimte creëren om komende zomer nieuwe aanwinsten te halen en zo het elftal te versterken voor het nieuwe seizoen. Deze strategie, waarbij verkopen voorrang krijgt op aankopen, werd ook in voorgaande transferperiodes gehanteerd om binnen het financiële plaatje te blijven.